Fracties met een laag kookpunt en vocht moeten worden opgevangen in een cold seal tank. Deze tank moet regelmatig worden geleegd en gecontroleerd als onderdeel van het reguliere onderhoudsprogramma van de faciliteit.

EXPANSIEVAT

Het expansievat heeft twee functies. In eerste plaats dient het expansievat voor het opvangen van de uitzetting van de vloeistof tijdens het opwarmen en in de tweede plaats voor het verzamelen en afvoeren van de laagkokende (low boilers)delen uit de installatie.

De uitzetting van de vloeistof is ongeveer 10% van het totale volume bij iedere 100ºC. Dus als de installatie opgewarmd wordt naar 300ºC dan dient er rekening te worden gehouden met een uitzetting van 30% van de totale installatie-inhoud.

Om de oxidatie/degradatie van de vloeistof te verminderen door contact met zuurstof en/of vocht dient het expansievat te zijn voorzien van een inert gasinstallatie. In de regel wordt hiervoor stikstof gebruikt.

Bij het uitkoken van de installatie, dient de stikstofdruk op het expansievat gereduceerd te worden naar 0,1bar, waardoor de laag kokende delen verzamelt in het expansievat op een veilige manier kunnen worden afgevoerd om te condenseren en te worden opgevangen in een condensaatvat. Lees ook alles over expansievaten en vindt alle thermische olie informatie in onze blog ‘Thermische olie informatie: alles wat u moet weten‘.

FILTERS

Thermische installaties zijn in de regel uitgerust met een grof filter in de hoofdstroom, om bouten, moeren etc. na de bouw van de installatie op te vangen. Moderne thermische installaties worden vaak voorzien van een fijn filter in BYPASS.

Zo’n fijn filter zorgt ervoor dat de onoplosbare degradatie producten kunnen worden uitgefilterd, waardoor de vloeistof schoon blijft, de turbulente stroming van de vloeistof op een hoog niveau blijft en waardoor de levensduur van de vloeistof met zeker enkele jaren wordt verlengd.

De filterelementen dienen wel een fijnheid te hebben van 5 tot maximaal 50 micron. Voor oudere en vervuilde installaties, raadpleeg ons voor advies.

PAKKINGEN

Voor hoge temperatuur thermische installaties, waarin flens afdichtingen zijn voorzien dienen uitsluitend grafiet pakkingen te worden ingezet.

Alle andere pakking materialen gaan op den duur lekken bij gebruik van synthetische thermische vloeistoffen.

VERARMINGSKETELS

De ketel is essentieel in HTF-systemen en kan elektrisch, of gasgestookt zijn. Met de juiste balans van verwarmingscapaciteit, temperaturen en vloeistofsnelheid wordt de levensduur van de warmte overdrachtsvloeistof verhoogd tot een optimaal niveau.

De ketel capaciteit in combinatie met de pompcapaciteit bepalen grotendeels hoe lang de thermische vloeistof meegaat. Per applicatie, in de regel de operationele temperatuur, bepaald de vloeistofkeuze. De maximale film en bulk temperatuur van elk type Fragoltherm® en Therminol® wordt aangegeven in de productbrochures.

ISOLATIE

Organische warmteoverdrachtsvloeistoffen, zoals onze HTF -vloeistoffen, hebben een langzame oxidatie reactie met lucht in de aanwezigheid van isolatiematerialen wanneer de vloeistoftemperatuur hoger is dan 260°C.

Poreuze isolatie, zoals calciumsilicaat, biedt een groter reactieoppervlak met slechte warmteafvoer, welke samen met mogelijke katalyse van het isolatiemateriaal, een temperatuuropbouw kan veroorzaken.

Deze temperatuurstijging kan resulteren in ontbranding van de vloeistof wanneer de verzadigde isolatie wordt blootgesteld aan lucht, zoals bij voorbeeld bij reparaties. Dit fenomeen wordt niet volledig begrepen, maar lijkt niet op te treden met cellulair glas, mogelijk vanwege de gesloten celstructuur.

Cellulair glas moet worden gebruikt in alle gebieden waar lekkage mogelijk is. De belangrijkste lekgebieden zijn meestal in de buurt van instrumentaansluitingen, klep pakkingen, flenzen en andere afgedichte oppervlakken.

Verwijder uit voorzorg elke bron van lekkage onmiddellijk. Vervang lekkende pakkingen en met olie doordrenkte isolatie en herpak klepstelen. Bedek isolatie waar lekken kunnen optreden met metalen afdekkingen.

Installeer kleppen, waar mogelijk, met de stelen in een horizontale positie zodat lekkende olie weg kan vloeien van de isolatie. Het plaatsen van sensoren en beveiligingsmiddelen tegen het gaan spuiten van lekkende flenzen zijn in ons verkoopprogramma opgenomen.

FLENZEN

De lay-out van het leidingsysteem die HTF-warmteoverdrachtsvloeistoffen gebruiken, moet zodanig worden aangepast dat de normale vereiste stroomsnelheid wordt bereikt bij een economische drukval.

Omdat het systeem temperatuursveranderingen zal ondergaan, is voldoende flexibiliteit om thermische uitzetting en krimping te ondergaan essentieel. Normaal carbon (40) staal pijp of een equivalent moet in het hele systeem worden toegepast.

De neiging om te lekken door flenzen en fittingen is een kenmerk met de meeste organische vloeistoffen, tenzij deze fittingen strak en correct zijn gemonteerd. De beste manier om lekkage van leidingen te voorkomen, is om alle verbindingen te lassen. Waar toegang noodzakelijk is, worden flenzen met lasnekverbindingen aanbevolen.

Om te zorgen voor een goede plaatsing en afdichting van de spiraalgewonden pakkingen aanbevolen voor HTF-vloeistofleidingen, moet deze procedure als volgt worden opgevolgd:

Reinig flensvlakken van losse roest en vuil. Verwijder lasspatten. Zorg ervoor dat de flens-vlakken geen uitsteeksels of groeven hebben en dat ze op de juiste manier zijn uitgelijnd, omdat pakkingen deze problemen niet kunnen corrigeren. Controleer de tapeinden en moeren of ze schoon en vrij zijn van roest en draadafval en smeer de schroefdraad.

De bout en koppel spanning worden bepaald door de leverancier van de pakking. Het koppel is ook een functie van de diameter en de dikte van de pakking. Het aanhaalmoment wordt gemaakt door de tegenoverliggende tapeinden/bouten met kleine stapjes aan te draaien aan de vereiste momentwaarden.

Zet de tapeinden/bouten in de volgorde 9, 3, 6 en 12 uur vast en herhaal met aangrenzende tapeinden/bouten.

POMPEN

De pompen moeten voldoende capaciteit en voordruk hebben om de vloeistof met de vereiste snelheid door het systeem te laten circuleren. Pompen zijn over het algemeen centrifugaal pompen sommige afdichtende lager systemen en of magnetisch aangedreven pompen die aan de vereiste norm(en) dienen te voldoen.

Het pomphuis kan voor de meeste systemen van gietstaal zijn of kan van andere geschikte materialen, gemaakt voor gebruik bij zeer lage of hoge temperaturen.

Fabrikanten van pompen specificeren gewoonlijk, voor temperaturen hoger dan 200°C, watergekoelde ringafdichtingen of, bij voorkeur, vloeistof of lucht koeling met een verlengde as afdichting en lager.

Op pompen met een stopbuspakking moeten ten minste vijf ringen van laminaire grafiet-pakking aanwezig zijn. Inert-afdekken van de afdichtingen met stoom of stikstof elimineert de vorming van afzetting van oxidatie materialen, wat kan leiden tot lekkage van afdichtingen.

Een tweede afdichting biedt extra veiligheid in het geval van plotseling  afdichtingsprobleem. Ongeacht het geselecteerde pomp type, moet de stroomsnelheid regelmatig worden gecontroleerd aan de hand van de oorspronkelijk bijgeleverde pompkarakteristiek prestatiecurve.

Om uitlijnproblemen en lekkage te voorkomen, is het belangrijk om incorrecte pijp ondersteuning, dat spanning op de pomp lagers kan veroorzaken te voorkomen.

Elke pomp zou met een temperatuursensor moeten worden uitgerust om in het geval van een pomp probleem deze uit te schakelen. Als er expansielussen worden gebruikt in de leidingen van de pompsectie, moeten deze horizontaal of verticaal naar beneden gericht zijn.

Lussen mogen niet verticaal omhoog staan, omdat dit een val vormt die lucht en damp kan verzamelen die de pomp in capaciteit kan belemmeren.

KLEPPEN

Gesmede stalen kleppen met diepe wartels zijn voldoende voor systemen met HTF vloeistoffen. Vlinderkleppen en kogelkranen met externe schroef moeten in het gehele warmteoverdrachtssysteem worden gebruikt. Vlinderkleppen zorgen niet altijd voor een absolute afdichting.

Voor de afdichting van de klepstangen in systemen met hoge temperaturen worden verschillende soorten blokkeringen gebruikt en in het algemeen worden vijf ringen op de klepstangen aanbevolen om een goede afdichting te waarborgen. De balgstangen zorgen voor een vrijwel lekvrije werking.